Cultuurbeleid, integriteit en innovatie

Tijdens mijn periode als stafmedewerker bij het Amsterdams Fonds voor de Kunst (AFK) was ik verantwoordelijk voor de budgetten binnen de kunstdisciplines nieuwe media, fotografie, film, creatieve industrie en community art en was betrokken bij de ontwikkeling en implementatie van beleid. Een onderzoek naar ondernemerschap leidde tot een nieuwe functie: kwartiermaker van een crowdfundingplatform voor kunst- en cultuurprojecten.

Stafmedewerker

Hoewel ik het nog naar mijn zin had bij Foam, was ik ook wel aangetrokken door de functie stafmedewerker bij het AFK. Niet in de laatste plaats omdat ik hiervoor werd benaderd. Ik kende de toenmalige directeur van het AFK nog vanuit mijn tijd bij het Stedelijk, waar ik blijkbaar een goede indruk had achtergelaten. Na een eerste kennismakingsgesprek, waarin mij verteld werd alle ruimte te krijgen om ook zelf ideeën aan te dragen, besloot ik te solliciteren. Na een serieus assessment bleek er goede basis te bestaan voor een succesvolle samenwerking.

In mijn rol als stafmedewerker werkte ik in verschillende kunstdisciplines zoals nieuwe media, fotografie, film, creatieve industrie en community art. Ik was niet alleen verantwoordelijk voor het beheer van de budgetten, maar ook voor het voorbereiden van adviescommissies en het opstellen van adviezen voor de directie. Daarnaast nam ik de rol van AFK-vertegenwoordiger op me bij verschillende stakeholders en droeg ik bij aan de ontwikkeling en implementatie van cultuurbeleid in Amsterdam.

Tijdens deze periode ontdekte ik het belang van scherpe, professionele communicatie en hoe belangrijk het is om integer te handelen.

Ik was verantwoordelijk voor het beheren van de budgetten voor verschillende kunstdisciplines bij het AFK.
Ik was betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van het fondsbeleid.
Ethische en integere besluitvorming, wat bijdroeg aan het opbouwen van vertrouwen bij kunstenaars en stakeholders.

Ontwikkelde competenties

Onderzoek ondernemerschap

Naast de verschillende disciplines, kreeg iedere stafmedewerker bij het AFK ook een van de vier beleidsprioriteiten toegewezen; nieuwe makers, samenwerking, volkscultuur en ondernemerschap.

Na veldonderzoek concludeerde ik dat ondernemerschap meer inhoudt dan alleen financiën; een netwerk van supporters kan net zo belangrijk zijn.
Ook was daar het succes van het spreekuur, een fondsinitiatief waarbij nieuwe makers langs konden komen om hun project te pitchen en de volgende dag al een antwoord ontvingen. Juist die persoonlijke pitch zorgt voor meer draagvlak en begrip.

Zo ontstond het idee om dit online toegankelijk te maken: een platform waar makers kunnen pitchen en publiek bij kan dragen, crowdfunding dus.

Ik vond startfinanciering en we konden van start. Hierbij was het een ontzettende luxe dat ik dit vanuit het AFK kon doen, tegelijkertijd zorgde dit er ook voor dat verschillende beoogde partners samenwerking afhielden omdat het te dicht bij het AFK lag. Politiek-bestuurlijke sensitiviteit, daadkracht, en creativiteit zijn de competenties die ik deze eerste periode heb ontwikkeld.

Aangezien voordekunst opereerde binnen het publieke domein maar als zelfstandige stichting met eigen bestuur, was diplomatie en politiek-bestuurlijke sensitiviteit essentieel om dit in goede banen te leiden.
Het vermogen om via een onderzoek naar ondernemerschap startfinanciering te vinden voor een crowdfundingplatform, getuigt van daadkracht.
Het ontwikkelen van een nieuw platform, inclusief identiteit en positionering, vereiste de nodige creativiteit.